Bladvlekkenziekte, Knolselderij

Septoria apiicola

Herkenning. Op de bladeren ontstaan bruine vlekjes met een lichtere rand. In de vlekjes zitten dikwijls zwarte puntjes (vruchtlichaampjes van de schimmel). De ziekte begint meestal in één of enkele planten en kan zich vooral met warm, vochtig weer sterk uitbreiden. Bij een ernstige aantasting sterft het blad af. Bladvlekkenziekte in knolselderij zorgt biologisch vaak voor grote opbrengstderving. Op lichte gronden treedt meer bladvlekkenziekte op dan op zwaardere gronden.

Levenswijze. Septoria-sporen worden verspreid door opspattende regendruppels. Een aantasting begint meestal op de oudere bladeren; daarna worden pas de jongste bladeren aangetast. Onder praktijkomstandigheden is tot nu toe 14 dagen als kortste incubatietijd geconstateerd (periode tussen infectie en zichtbaar worden van ziekte). De schimmel overleeft op gewasresten en op het zaad. Plantmateriaal afkomstig van een plantenkweker kan latent (nog niet zichtbaar) aangetast zijn.

Beheersmaatregelen

  • Rassen verschillen in gevoeligheid.
  • Het is belangrijk een ruime vruchtwisseling aan te houden. Daarnaast is een juiste voorvrucht erg belangrijk.
  • Bestrijd onkruid zo goed mogelijk, gebruik een ruime rijenafstand en teel op een open perceel.
  • Verwijder aangetaste planten.
  • Percelen met voorvrucht gras/ klaver of klaveronderzaai herstellen sneller en beter.
  • Jaag het gewas niet onnodig op met water en stikstof, maar zorg voor een rustige en regelmatige groei, bijv. door toepassen van vaste mest.
  • Voorkom dat het gewas lang vochtig blijft (bijv. bij overlap van beregening).
  • Houd plantaantal beperkt tot ca 50.000 planten/ ha (industrie).
  • Werk na een aantasting door bladvlekkenziekte gewasresten goed onder, om te voorkomen dat de gewasresten een infectiebron zijn voor de knolselderij van het volgende jaar, als die op in de buurt gelegen percelen wordt verbouwd.
  • Warmwaterbehandelingen van zaaizaad kan Septoria op het zaad doden.

Gewasbeschermingsmiddelen