Krasbodem

Fusarium-soort

Herkenning. Tijdens de groei van de bollen ontstaan op de wortelkrans of verspreid in de bolschijf kurkachtige, lichtbruine plekken die zich uitbreiden en geleidelijk ineen vloeien. Later ontstaan hierin ondiepe kloven en scheurtje, vandaar de naam krasbodem. De ziekteverwekker kan ook de bolrokken aantasten en uitgroeien in de vaatbundels, die dan bruin verkleuren. De bladtoppen van zwaar aangetaste planten vergelen tegen het einde van het groeiseizoen sneller dan normaal.

Levenswijze. Krasbodemverschijnselen breiden zich tijdens de bewaring niet uit, tenzij de bollen gehold of gesneden worden. Op plaatsen waar planten pleksgewijs door Pythium-wortelrot zijn aangetast, blijken vaak meer krasbodems te ontstaan. De ziekte kan eveneens sterker optreden na heetstoken van de bollen. Laat rooien bevordert krasbodem. Wanneer bollen bij een te hoge bodemtemperatuur (>9°C) worden opgeplant, kunnen de aanvankelijk gezonde wortels vanuit de bol bruin worden en verrotten (Fusarium-wortelrot).

Maatregelen

  • Bollen met krasbodemverschijnselen uit het plantgoed verwijderen
  • Bollen vlak voor het planten ontsmetten volgens de geldende adviezen.
  • Vruchtwisseling van 1 op 6 aanhouden. Deze termijn kan worden gereduceerd door vatbare en niet-vatbare cultivars af te wisselen.