Klein koolwitje

Pieris rapae

Het klein koolwitje verschijnt in mei. Het wijfje legt slechts één ei per plant. De kleur en de vorm van de eitjes zijn gelijk aan die van het grote koolwitje. De rupsen zijn gelig van kleur, later worden ze groen en in het volwassen stadium zijn ze fluwelig groen met drie smalle gele rugstrepen. De rupsen migreren (verplaatsen) van de buitenste bladeren naar het hart van de plant waar de schade wordt veroorzaakt. In rusttoestand zitten ze vaak naast een nerf van een blad en vallen dan nauwelijks op. De schade die door het klein koolwitje wordt veroorzaakt is niet spectaculair, maar veel groter dan die welke wordt aangericht door het grote koolwitje. Dit wordt veroorzaakt doordat de vlinder van het klein koolwitje slechts één ei op een blad legt. Er zijn geen duidelijke vluchten te onderscheiden. Men ziet de hele zomer de vlinders fladderen. De rupsen kunnen het best bestreden worden als ze nog jong zijn. Sommige soorten kunnen al vroeg na het uitplanten op het gewas voorkomen, zodat de bestrijding in dat geval ook vroeg moet beginnen. Voor een aantal koolrupsen zijn feromoonvallen beschikbaar die gebruikt kunnen worden voor vroege signalering. 

Gewasbeschermingsmiddelen