Vruchtrot

Botrytis cinerea.

Herkenning. Er is een aantal schimmels dat vruchtrot bij aardbeien veroorzaakt. Vaak beperkt de aantasting zich niet tot de vruchten, maar worden ook andere plantendelen aangetast. De belangrijkste vruchtrotschimmel is Botrytis cinerea. Meestal is een bestrijding van deze schimmel nodig. Andere schimmelsoorten die vruchtrot in aardbei veroorzaken zijn Colletotrichum spp, Phytophthora cactorum, Gnomonia comari, Rhizopus en Mucor soorten. Vruchtrot veroorzaakt door de Grauwe schimmel (Botrytis cinerea). Kenmerkend is het grijze tot witte schimmelpluis op de aangetaste vruchten, de aangetaste vruchten worden vervolgens zacht. De vruchten kunnen al aangetast zijn tijdens de pluk, maar aantasting uit zich ook vaak pas in de na-oogst fase. Ook op andere plantendelen zoals afstervend blad kunt u het schimmelpluis waarnemen.

Levenswijze. De schimmel overwintert op plantenresten in de bodem of op vruchtmummies. Sporen worden geproduceerd op afstervend aardbeiblad en is daarmee vaak de belangrijkste bron van aantasting bij meerjarige gewassen. Bij eenjarige gewassen is het effect van inoculum (besmetting) van buiten af relatief belangrijk. Sporen kunnen komen aanwaaien van andere planten (onkruid) of afkomstig zijn van stro. Sporen van de schimmel kiemen het beste bij een hoge luchtvochtigheid (bijna 100%) en temperaturen tussen 15 en 20°C. De sporen worden door de wind verspreid. Botrytis kan zich onder warme vochtige omstandigheden snel uitbreiden. De mate van aantasting wordt vooral bepaald door de weersomstandigheden tijdens de bloei. Het optreden van vruchtrot wordt sterk gestimuleerd door aanhoudend vochtig weer, waarbij de afstervende bloemblaadjes nat blijven. De kans op infectie door Botrytis is hoog bij warm, broeierig weer. De optimumtemperatuur voor de ontwikkeling van de schimmel ligt tussen de 18 en 25°C. Bij deze temperaturen neemt de infectiekans toe van bijna 0% bij een bladnatperiode van 6 uur tot meer dan 90% bij een bladnatperiode van 24 uur. In eenjarige teelten zijn infecties tijdens de bloei van de aardbeien het belangrijkst. Bloemen worden gevoelig voor aantasting zodra ze open gaan. De mate van gevoeligheid neemt toe naarmate de bloem langer open is. De schimmel komt de plant binnen via afstervende bloemblaadjes, meeldraden en stampers. Onrijpe vruchten zijn nauwelijks gevoelig voor aantasting door Botrytis. Rijpe vruchten zijn dat wel, maar een bespuiting tijdens de oogst loont alleen bij een hoge infectiekans.

 Maatregelen

  • Rassen verschillen in gevoeligheid ten aanzien van Botrytis
  • Voorkom en bestrijd onkruidgroei of graanopslag tussen het gewas
  • Beperk aantasting door een ruimere plantafstand (gewas droogt sneller)
  • Voor sommige soorten vruchtrot (zoals Colletotrichum) helpt het om vroegtijdig (zodra de bloemstengels gaan strekken) een dikke laag stro (>= 10 ton ha) in het gewas te brengen. Dit helpt niet tegen vruchtrot veroorzaakt door Botrytis.
  • Het plaatsen van tunneltjes over een bloeiend gewas kan de kans op infectie door de schimmel verkleinen. Er moet dan wel gezorgd worden voor een goede klimaatbeheersing, wat arbeidsintensief is.
  • Bij beregening moet er rekening mee gehouden worden dat niet ongewild een langere bladnatperiode wordt gecreëerd. Dus bijvoorbeeld in de ochtend niet aansluitend aan de nacht beregenen en ook de beregening 's avonds beperken.
  • Begin met de bestrijding zodra de eerste bloemen opgaan en de weersomstandigheden gunstig zijn voor Botrytis. Het aantal fungicide-behandelingen is sterk afhankelijk van de lengte van de bloeiperiode. Hoe korter de bloeiperiode, hoe minder behandelingen noodzakelijk zijn (ongeveer twee - zes bespuitingen uitvoeren).
  • Tijdens de pluk moeten aangetaste aardbeien van het veld worden meegenomen om te voorkomen dat er wederom infectie van gezonde vruchten in de oogstperiode plaatsvindt.
  • Botrytis waarschuwingssystemen geven informatie over infectiekansen.

Gewasbeschermingsmiddelen